Is de voorkeur voor zoet bij een zogenaamde ‘zoetekauw’ aangeleerd?
De voorkeur voor zoet verschilt per persoon en is van vele factoren afhankelijk, zoals leeftijd, geslacht, zoetperceptie en -voorkeur, culturele overtuiging en ervaring. De voorkeur voor zoet is dus niet alleen maar het resultaat van aangeleerd gedrag. Over het algemeen wennen kinderen aan een bepaalde smaak of voedingsmiddel door ‘herhaalde blootstelling’. Zo is aangetoond dat de voorkeur voor zoet bij hen omhoog gaat bij herhaalde blootstelling aan een zoete limonade. Dit fenomeen geldt niet alleen voor een smaak zoet, maar ook voor andere basissmaken als zuur en bitter, en voedingsmiddelen zoals fruit en kaas. De voorkeur voor zoet is lager bij adolescenten en nog lager bij volwassenen, in vergelijking met de voorkeur voor zoet bij kinderen.
Lees de deatils in:
Reed, D.R., McDaniel, A.H. The human sweet tooth. BMC Oral Health 6(Suppl I):S17 (2006).