Nederlanders houden van
een vrije markt
Bos heeft voor zijn promotie focusgroep-gesprekken
en interviews gehouden. Het meest toepasselijke
citaat over de behoefte aan vrijheid vindt hij een
uitspraak van een oudere man die wars was van
overheidsingrijpen: ‘Het begint te lijken op een
dictatoriale situatie: Ontmoediging van ongezonde
producten en de straten vullen met gezondheidspro-
paganda. Wanneer we niet vrij kunnen kiezen en van
ongezonde producten genieten is onze samenleving
ten dode opgeschreven.’ Maar volgens Van Trijp is er
ook een ander perspectief: ‘Het was voor mij een
eyeopener dat mensen als het ware zitten te wachten
op een steuntje in de rug om gezondere producten te
kopen.’
Bos: ‘Het liefst ziet de overheid een markt die zich-
zelf reguleert met individuele verantwoordelijkheid
voor voedselkeuzes.’ De mening van consumenten
over producenten was voor Bos onverwacht: ‘Consu-
menten denken positief over voedselproducenten.
Consumenten ervaren productaanpassingen door
voedingsmiddelenbedrijven als een normaal markt-
mechanisme. Interventies van bedrijven hebben een
betere acceptatie dan van de, vaak als paternalistisch
ervaren, overheid. Wanneer de overheid de keuze-
vrijheid inperkt staat de mondige consument al gauw
op de achterste benen. Bij belasting heffen denken
consumenten dat het niet alleen om het bevorderen
van de gezondheid van consumenten gaat, maar ook
om extra inkomsten voor de overheidsschatkist. Het
geld zichtbaar inzetten voor bijvoorbeeld voedings-
voorlichting op scholen verbetert de consumentenac-
ceptatie.’
Effectiviteit interventies
Indringende interventies zijn effectiever maar de
acceptatie is lager dan van minder ingrijpende
maatregelen. Bos daarover: ‘Hier zit een moeilijk
spanningsveld. Voor grote veranderingen zal er
sturing moeten komen op voedselkeuzes en dan is de
keus van consumenten niet helemaal vrij. Wanneer
er geen ongezonde producten in de schappen staan
kom je op een hellend vlak: Tot waar mag je ingrijpen
vanuit consumentenperspectief?'
Het aantonen van de effectiviteit van een interventie
op voedselkeuzegedrag is lastig. Bos: ‘Bij grote
veldexperimenten in de praktijk van alledag heb je
een groot aantal verstorende variabelen niet onder
controle, zoals compensatiegedrag door consumen-
ten en kortingsacties van fabrikanten.’ Maar volgens
Bos en Van Trijp moet er wel wat gebeuren. Bos: ‘Het
probleem van obesitas is zo groot dat de overheid
zich niet langer kan verschuilen achter de onbekend-
heid van de impact van interventies. Niets doen is
geen optie. Wel moet de vraag beantwoord worden
hoe de interventie impact kan hebben. Tegelijkertijd
moet je terughoudend zijn over de te verwachten
effecten.’ Van Trijp: ‘We zijn nu te voorzichtig met
veel overleg en convenanten en dat gaat een beetje te
langzaam. Ik denk dat er een tandje bij moet. Wat in
decennia is opgebouwd als probleem ga je niet
overnacht oplossen. Er is een versnelling nodig die
niet moet doorslaan naar het andere uiterste.’
Interventies met beleid opbouwen
Volgens Bos hebben mensen, buiten logo’s en derge-
lijke, weinig ervaring met interventies. Volgens hem
is het zaak om mensen niet van de ene dag op de
32|
Obesitas... Wanneer nietsdoen geen optie is
Suiker in perspectief, januari 2017