Table of Contents Table of Contents
Previous Page  17 / 36 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 17 / 36 Next Page
Page Background

‘Dialoog over koolhydraten’

|17

Suiker in perspectief, oktober 2017

wat?

De praktijk van mensen met hoge bloedglucosewaar-

den, hoge dosering medicatie en overgewicht is vol-

gens Van Veen weerbarstig. Zij maakt bij de adviezen

onderscheid tussen gezonde mensen, mensen met

overgewicht, mensen met diabetes en mensen met

diabetes en overgewicht. Van Veen: ‘Voor gezonde

mensen gelden de Richtlijnen goede voeding en zij

behoeven niet op de hoeveelheid koolhydraten te

letten maar wel op suikerhoudende dranken. Voor

mensen met diabetes dient de hoeveelheid kool-

hydraten ook niet per definitie te worden beperkt.

Volgens de voedingsrichtlijn van de Nederlandse

Diabetes Federatie (NDF) kunnen verschillende

voedingspatronen, waaronder een gematigd kool-

hydraatbeperkt voedingspatroon, het uitgangspunt

zijn. Deze koolhydraatbeperking is individueel

maatwerk mede op basis van de gebruikte medicatie

en de activiteiten in het dagelijks leven. Bij de indivi-

duele advisering krijgen de cliënten informatie over

de vaststaande feiten over gezonde voeding en de

verschillende mogelijkheden, om vervolgens samen

te kijken wat haalbaar is. Te verwachten gunstige

effecten zijn dan: verbetering van de glucoseregula-

tie, minder medicijngebruik, een beter lipidenprofiel

en afvallen. Maar een sterke koolhydraatbeperking is

niet voor iedereen haalbaar en niet iedereen heeft er

baat bij.’

Matige, sterke en zeer sterke

koolhydraatbeperking

Matige koolhydraatbeperking komt overeen met

maximaal 40 energieprocent koolhydraten, sterke

met minder dan 26 energieprocent en zeer sterke

koolhydraatbeperking met minder dan 10 ener-

gieprocent. Van Veen gaf inzicht in de producten,

zoals frisdranken, vla en koek, die in aanmerking

komen om te beperken bij een matige koolhydraat

beperking en welke alternatieven daarvoor in de

plaats kunnen komen: bijvoorbeeld water, kwark en

een handje noten. Bij sterke koolhydraatbeperking

moeten ook producten met complexe koolhydraten,

zoals brood, aardappelen en peulvruchten worden

vermeden.’

Structurele veranderingen

Bij dieetadvisering gaat het uiteindelijk om structu-

rele veranderingen in het eet- en beweeggedrag. Om

dat te bereiken pleit Van Veen voor goede onderlinge

afspraken, samenwerking en communicatie. Dit zijn

belangrijke pijlers van de multidisciplinaire behan-

deling bij diabetes. Bij de advisering speelt ook de

vraag naar de haalbaarheid een belangrijke rol. Van

Veen: ‘Wanneer een patiënt per se één keer per week

aardappelen wil eten kun je daar maar beter reke-

ning mee houden: de patiënt kan het voedingsadvies

dan beter volhouden.’

‘Bij dieetadvisering gaat het

uiteindelijk om structurele

veranderingen in het eet- en

beweeggedrag.'

‘Een sterke koolhydraatbeperking is

niet voor iedereen haalbaar en niet

iedereen heeft er baat bij.'

Klik hier voor de uitgebreide versie van het verhaal