Table of Contents Table of Contents
Previous Page  22 / 30 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 22 / 30 Next Page
Page Background

HOE WERKT HET REKENMODEL?

De optimalisering van de voeding is te

vergelijken met een strafpuntensysteem.

Elke verandering in de gemiddelde consumptie

levert strafpunten op. Grotere veranderingen

(in grammen product) leveren meer strafpunten

op. In het door het RIVM gebruikte model

neemt het aantal strafpunten kwadratisch toe

met het aantal grammen waarmee is

geschoven. Eén gram verschuiving levert één

strafpunt en 100 gram/dag 10.000 strafpunten.

Grote veranderingen bij een voedingsmiddel

krijgen meer strafpunten. Kramer: ‘Kwadratisch

programmeren vermijdt grote sprongen in de

vervangingen. Het werkt het meest geleidelijk,

waardoor er realistische adviezen uit het model

komen. Optimeal® wijzigt bij kwadratisch

programmeren bij de meeste producten een

klein beetje (achter de komma) en bij circa 10

van de 200 producten is de verschuiving groter.’

De eerste stap van de optimalisatie pakt het

grootste verschil tussen de huidige voeding en

de gestelde criteria aan. Dit verschil betreft de

grootste afstand tussen de bestaande inneming

en de grenzen van de criteria, gevolgd door het

op één na grootste verschil. Dit gaat door tot

de voeding aan alle 49 criteria voldoet. Het

model selecteert het voedingsmiddel dat met

de kleinste hoeveelheid het voedingskundige

criterium, zoals voedingsvezel, haalt.

voeding van de Gezondheidsraad die geen onder-

scheid maakt binnen groepen voedingsmiddelen als

groente, fruit en rood vlees. Door de verhoudingen

in de groepen constant te houden blijft de optimale

voeding dichter bij de huidige voeding. De conse-

quentie is wel dat er minder mogelijkheden zijn om

voedingsmiddelen uit te wisselen en dat beperkt,

volgens Kramer, de oplossingsruimte aanzienlijk.

Kramer: ‘Doordat de oplossing binnen de criteria

moet vallen, kan het zijn dat er flinke verschuivingen

nodig zijn met wat binnen de uitgangspunten wel

mogelijk is.’

Een model is niet de werkelijkheid

Blindelings vertrouwen op de uitkomsten van een

model is onverstandig. Een model is een vereen-

voudigd beeld van de werkelijkheid en is voor een

bepaald gebruiksdoel gemaakt. Het is een pragma-

tisch hulpmiddel zonder universele geldigheid.

Kramer: ‘Het eindresultaat moet wel een ‘sanity

check’ ondergaan: nagaan of de oplossing plausibel

is en logisch te verklaren is.’ Voor verschillende

bevolkingsgroepen heeft Optimeal® grote verschil-

len in het eindresultaat gegenereerd. Bijvoorbeeld

het optimum voor de drankenconsumptie ligt voor

19-30 jarige mannen bij 969 gram/dag en voor

19-30 jarige vrouwen meer dan drie keer hoger

(3.524 gram/dag). Van Rossum: ‘Voor de 19 tot 30

jarigen is het blijkbaar lastig om zonder grote afwij-

'Een model is een vereenvoudigd

beeld van de werkelijkheid, een

pragmatisch hulpmiddel zonder

universele geldigheid’

NIEUWE SCHIJF VAN VIJF

22|

‘Blindelings vertrouwen op de uitkomsten van een model is onverstandig’

Suiker in perspectief, mei 2016