Suiker in perspectief editie 50 | november 2020

6| Nieuwe voedingsrichtlijnen NDF Suiker in perspectief, november 2020 Wat is nieuw en anders? In de versie van 2015 werd voor het eerst de focus niet meer zozeer op afzonderlijke voedingsstoffen of nutriënten gelegd, maar op voedingsmiddelen en het gehele voedingspatroon. Deze visie is ook in de nieuwe versie weer gevolgd. De rol van voedingspa- tronen en de behandeling bij overgewicht is nu grondig herzien en uitgebreid met praktische aanbe- velingen. In de nieuwe richtlijn is ook de beschrijving van de Gecombineerde Leefstijl Interventie (GLI) opgenomen. Vanaf 2019 wordt de GLI onder voor- waarden vergoed door de basisverzekering. Omdat uit de peiling bleek dat er bovendien veel vragen over koolhydraatbeperkte voedingspatronen zijn, is aan dit onderwerp eveneens aandacht besteed. Naast definities van de verschillende gradaties koolhydraat- beperking, is extra ingezoomd op koolhydraatbeper- king bij kinderen, bij diabetes type 1 en bij diabetes en zwangerschap. ‘Nieuwe’ onderwerpen, zoals intermitterend vasten en het Paleo-voedingspatroon zijn toegevoegd en er is een hoofdstuk opgenomen over ouderen. Voedingspatronen Uit het literatuuronderzoek blijkt opnieuw dat er niet één voedingspatroon is dat het meest geschikt is voor mensen met diabetes. Er zijn meerdere voedingspa- tronen die voldoen aan de gehanteerde criteria: een koolhydraatbeperkt, vetbeperkt, mediterraan, DASH en vegetarisch voedingspatroon en de Schijf van Vijf. Een volwaardige voeding van goede kwaliteit kan met al deze vormen worden behaald. Ze bevatten ruim voldoende groente en fruit, volkoren graanproducten, noten, peulvruchten en plantaardige oliën en weinig toegevoegde suikers, zout en bewerkt vlees en geen suikerhoudende dranken. Bij een aantal andere voedingspatronen is het de vraag of ze een volwaardi- ge voeding leveren. Bij een koolhydraatbeperkt, vetbeperkt, vegetarisch of veganistisch voedingspa- troon is het belangrijk om er extra op te letten dat de voeding voldoende vezels, essentiële vetzuren, vitamines en mineralen bevat. Het is de taak van zorgverleners om ‘het andere gesprek’ te voeren: om de verschillende mogelijkhe- den te bespreken met de diabetespatiënt, zodat deze in overleg een keuze voor een voedingspatroon kan maken dat het best bij de hem of haar past, gelet op voorkeuren, mogelijkheden en cultuur. Hoe is het literatuuronderzoek aangepakt? De gehele Voedingsrichtlijn uit 2015 is aan recente literatuur getoetst. Indien mogelijk selecteerden twee onderzoekers, onafhankelijk van elkaar, de artikelen. Ze beoordeelden deze op de deugdelijkheid van het onderzoek en gradeerden de kwaliteit van bewijs. Wanneer het niet mogelijk was om op basis van literatuur een voedingsadvies te formuleren, werd gebruikgemaakt van bijvoorbeeld informatie van de Gezondheidsraad, het Voedingscentrum, de American Diabetes Association (ADA) of de klinische ervaring van deskundigen.

RkJQdWJsaXNoZXIy NzYzNDc=