Suiker in perspectief editie 43-2 | december 2018

Medische mensentaal Woorden als koolhydraten en insulineresistentie zijn voor voedingsprofessionals gesneden koek, maar welke taal en welk beeld is geschikt voor de communi- catie met cliënten? Komt er in het begin van het consult bijvoorbeeld het woord insulineresistentie ter sprake, dan associeert de cliënt dit misschien met ‘ik moet insuline gaan spuiten’. Het is belangrijk om deze gedachte boven tafel te krijgen en uit te leggen dat dit op dit moment niet nodig is, anders gaat de rest van het consult waar- schijnlijk langs de cliënt heen. Afbeeldingen zijn populair en kunnen heel verhelde- rend werken, maar ook hier is het zaak om alert te zijn op hoe dit overkomt. Dit plaatje bijvoorbeeld kan voor de een heel verhelderend werken, maar voor iemand die weinig kennis van het menselijk lichaam heeft, verwarrend zijn of zelfs angst veroorzaken. Meer lezen en zien? Frans Meijman, hoofddocent huisartsgeneeskunde Amsterdam UMC en Annelies Bakker, coördinator voorlichting Epilepsiefonds, schreven onlangs het boek Medische mensentaal (De Tijdstroom). VOEDING IN HET NIEUWS 26| Voeding in het nieuws Suiker in perspectief, december 2018 De mondgezondheid van jeugdigen, met name tieners, is verslechterd in vergelijking met 2011. Dit blijkt uit het Signalement Mondzorg 2018, uitgevoerd door TNO in opdracht van Zorginstituut Nederland. De mondge- zondheid van vier leeftijdsgroepen werd onderzocht: 5-, 11-, 17- en 23-jarigen. Slechts een kwart van de 11-jarigen, 5% van de 17-jarigen en 1% van de 23-jari- gen heeft een gaaf gebit. Daarnaast nam (erosieve) gebitsslijtage sterk toe: 20% van de 17-jarigen en ruim 50% van de 23-jarigen vertoont slijtage tot in het tandbeen. Alleen de mondgezondheid van 5-jarigen verbeterde ten opzichte van vorige onderzoek uit 2011. Opvallend was verder dat jeugdigen van alle leeftijds- groepen met een hoge sociaaleconomische status (SES) een betere mondgezondheid hadden. Degenen met een migratieachtergrond, ongeacht SES, hadden een slechter gebit. Ter verbetering van de mondgezondheid onderstrepen de onderzoekers het belang van preven- tief gezondheidsgedrag, waarbij het met name gaat om: - tweemaal per dag tandenpoetsen - niet te vaak of gedurende te lange tijd voedsel of dranken nuttigen (maximaal 7 eetmomenten/dag) - het belang van niet spoelen na tandenpoetsen zodat fluoride langer in de mond blijft Zorginstituut Nederland zal met partijen in de mond- zorg bespreken welke mogelijkheden er zijn om verslechtering van de gebitten tegen te gaan en tot verbetering te komen. De mondgezondheid van tieners is verslechterd

RkJQdWJsaXNoZXIy NzYzNDc=