Page 7 - SIP22

Basic HTML Version

verslag
‘Een calorie is een calorie’
‘Eiwitten verzadigen meer dan
koolhydraten’
Prof. dr. ir. Jaap Seidell, hoogleraar Voeding en
Gezondheid aan de Vrije Universiteit Amsterdam,
vindt de vraag naar de juiste verhouding
macronutriënten in relatie tot gewicht eigenlijk
“onzinnig”. Volgens hem is gewichtsregulering een
kwestie van de juiste energiebalans, een kwestie die
beantwoordt aan de hoofdwetten van de
thermodynamica. Uit welke macronutriënten de
energie komt, doet er volgens hem niet zo veel toe: een
calorie is een calorie. Bij obesitas is de kwantiteit
(calorieën) belangrijker dan de kwaliteit (de bron van
de calorieën). Afvallen houdt energiebeperking in, in
combinatie met meer bewegen. Om hun energie-
inname te beperken zouden mensen meer aandacht
moeten hebben voor de basisvoedingsmiddelen; meer
volkoren producten, minder dranken vol suiker en
minder grote porties nuttigen. Op basis van door hem
naar voren gebrachte studies concludeert Seidell in
zijn presentatie dat bij afvallen op korte termijn (een
half jaar) meer gewichtsverlies gezien wordt bij een
voeding die laag is in koolhydraten en hoog in eiwit,
maar dat dit effect op langere termijn (een jaar) er niet
meer is.
Prof. dr. Marleen van Baak, hoogleraar Fysiologie van
Obesitas aan de Universiteit Maastricht, heeft als
Optimale macronutriëntenverhouding ten behoeve
van gewichtsverlies:
§
gedurende eerste half jaar van dieet: minder
koolhydraten, meer eiwit
uitgangspunt dat bij de regulatie van het
lichaamsgewicht (al dan niet na periode van
gewichtsverlies) het bij een ‘ad libitum’ voeding wel
degelijk belangrijk kan zijn uit welke
macrovoedingstoffen deze bestaat. Ze gaat hierbij
dieper in op de zogeheten voedinggeïnduceerde
thermogenese van macronutriënten, die per
macronutriënt verschillend is. Eiwit kost meer energie
om te verbranden dan koolhydraten; daar zou men bij
intentioneel afvallen gebruik van kunnen maken.
Tevens is er hiërarchie in macronutriënten als het gaat
om verzadiging: eiwitten geven een sterker
verzadigingsgevoel dan koolhydraten, en koolhydraten
geven weer meer verzadiging dan vetten.
Zowel op korte als langere termijn, zo betoogt Marleen
van Baak, zou het de gewichtshandhaving ten goede
komen om het aandeel vet in de voeding te verlagen
en deze ruimte te benutten voor verhoging van
eiwitten in plaats van koolhydraten.
In de discussie wordt onder meer de vraag gesteld of
het niet zinvol is om ook in voorlichting meer te
focussen ‘op minder vet en iets meer eiwit’. Van Baak
voelt daar wel voor: “het verschil met een normale
voeding, zoals die nu gemiddeld wordt gebruikt, is niet
zo heel erg groot, en dat is ook goed, want hoe minder
Optimale macronutriëntenverhouding voor behoud
van gezond gewicht:
§
45-55 en% koolhydraten (minder dranken met een
hoog suikergehalte);
§
25-30 en% vet (minder in verzadigd en transvet);
§
20-25 en% eiwitten.
‘Hogere eiwitinname: een
precaire boodschap?’
7|
Regulering van het lichaamsgewicht
Suiker in perspectief, februari 2012